X
GO

Nieuws

DWARS onderzoekt de vrijeschool

Geplaatst op:
DWARS onderzoekt de vrijeschool

In januari 2018 publiceerde de Commissie Onderwijs van DWARS (de jongeren afdeling van Groen Links) onderstaand artikel op haar website over onze school.

De Commissie Onderwijs van Dwars gaat de komende tijd onderzoek doen naar bijzondere onderwijsvormen en zal uiteindelijk een eigen visie vormen op het fundament van het onderwijs. In het kader van dit onderzoek bezoekt en onderzoekt de commissie scholen met bijzondere onderwijsvormen. Na een geslaagd bezoek aan het technasium, was als tweede school de Stichtse Vrije School in Zeist aan de beurt.

door Commissie Onderwijs van DWARS

Gelegen tussen de bomen en half verscholen in hun bladerdak ligt een school die vrij is van binnen en van buiten. De vrije school is ‘vrij’ vanwege zijn van oorsprong onafhankelijke positie ten opzichte van de overheid. Als flexibele, moderne school met ietwat onalledaagse ideeën heeft de vrije school liever geen inmenging en opgelegde beperkingen. De vrije school geeft vorm aan het onderwijs aan de hand van de antroposofie van Rudolf Steiner. Dit betekent dat de optimale ontwikkeling van ieder individueel kind centraal staat.

Hoewel de ideeën van Steiner zelf niet worden onderwezen, zijn ze wel bewust door de hele vrije school verweven. Zo wordt bijvoorbeeld de ontwikkeling van kinderen opgevat als een periode bestaande uit fasen van zeven jaar. Om die ontwikkeling zo soepel mogelijk te laten verlopen worden lesmethoden en inhoud op deze fasen gebaseerd.

Highlights van de vrije school

 Op de vrije school wordt goed nagedacht over hoe de stof het beste kan worden gepresenteerd om het daadwerkelijk te laten blijven hangen. Ten eerste wordt er bijvoorbeeld gewerkt in zogenaamde ‘periodes’ van twee tot vier weken. In deze weken werken leerlingen elke ochtend intensief aan één vak, om versnippering te voorkomen en zo de informatie goed te kunnen verdiepen. Daarnaast is er natuurlijk tijd voor ‘normale’ lessen. Ten tweede wordt er veel gewerkt met toepassing van de stof. Een goed voorbeeld hiervan is de economieles van 6-VWO. Tijdens deze les werd de theorie niet mondeling uitgelegd, maar konden de leerlingen die ervaren door middel van een spel. Leerlingen legden de stof automatisch aan elkaar uit wanneer iemand het niet begreep.

Drie voelbare kanten van de school komen in dit voorbeeld naar voren: een gelijkwaardige behandeling, een groot groepsgevoel, en het begeleidende karakter van de docent (in plaats van een sturend karakter). Een andere manier waarop deze kanten naar voren komen is het met de voornaam aanspreken van de docenten. Ook wordt er bij binnenkomst een hand gegeven aan iedere leerling. Ondanks deze persoonlijke, zelfs vriendschappelijke, sfeer is er totaal geen sprake van een tekort aan respect tegenover de docenten, vertelt theaterdocente Kirsty.

Niet toetsen om het toetsen

Een andere vraag waar ze op de vrije school veel mee bezig zijn is hoe je ervoor kan zorgen dat leerlingen zelf motivatie voelen om hun best te doen op school, in plaats van van buitenaf geforceerd te worden bepaalde cijfers te halen. De vrije school voelt afkeer tegenover de heersende toetscultuur in het onderwijs. De centrale tentamens zijn een verplicht onderdeel vanuit de overheid, maar tussentijdse opdrachten en toetsen vanuit de school zelf worden niet altijd becijferd. Een toets moet een moment van evaluatie op de lesstof zijn, om inzicht te verkrijgen in het persoonlijke leerproces. De decaan zegt hierover: “We zijn bezig de becijfering van toetsen sterk te reduceren, maar cijfers zijn er nog wel en kunnen soms ook juist prettig zijn – zolang een cijfer maar niet het doel is”.

Niet de prestaties staan in het vrijeschoolse onderwijs centraal, maar de persoon. De kennis en vaardigheden die beschreven zijn in de eindtermen worden alleen als middelen gezien voor de vorming van de persoon. Deze ‘subjectbevordering’ heeft als uiteindelijke doel het kind tot haar of zijn volle potentie te laten komen. Dit houdt in dat er wordt gezocht naar de idealen van de leerling, maar ook naar positieve manieren hoe zij of hij die kan verwezenlijken in de samenleving. Wat hier vooral belangrijk is, is het vinden van de juiste balans tussen een ongemotiveerde bankligger en een versteende idealist.

Vrijeschools onderwijs voor iedereen?

Het tikkeltje elitaire eiland met geitenwollensokken-types, zoals de vrije school vroeger werd gezien, komt stukje bij beetje meer aan het vasteland te zitten. Er worden meer bruggen geslagen met andere scholen en er worden wederzijds ideeën uitgewisseld. Wel is er nog weinig diversiteit onder leerlingen. De vraag is of de onderwijsvorm geschikt zou kunnen zijn voor alle typen kinderen in de samenleving en of dit de gangbare onderwijsvorm zou moeten zijn. Wat betreft de school zelf deinen ze mee met de leerlingen die de school of de buurt opzoeken. Ook gaat de school graag terug naar de meer idealistische versie van het concept: minder beperkingen op vrijheid, meer ruimte voor de vorm.

Het originele artikel is te vinden via https://dwars.org/overdwars/lesje-onderwijsvormen-ii-vrije-school/

| Terug

Archief